De 9 eigenschappen van de geboren innovator

Heb jij de innovatie mindset?

De 9 eigenschappen van de geboren innovator

Wanneer bedrijven sneller en beter willen innoveren, moet iedereen mee in bad. Hoe hoger het percentage van medewerkers dat actief participeert in innovatie en hoe meer ideeën ze per persoon genereren, hoe succesvoller innovatie wordt en hoe sneller de organisatie groeit.

Maar hoe weet je dan of iemand innovatief is of niet? Voor sommigen lijkt dat vanzelf te gaan, bij anderen kost het wat meer moeite. 

Hieronder vind je een checklist met 9 wetenschappelijk onderbouwde eigenschappen van elke innovator. Hiermee kan je bij jezelf of je collega’s nagaan waar de sterktes liggen en waar misschien wat extra ondersteuning nodig is:

  1. Onderzoek nieuwsgierig
  2. Leer hongerig
  3. Motiveer intrinsiek
  4. Kweek zelfvertrouwen
  5. Voel empathie
  6. Zoek nieuwheid op
  7. Omhels onzekerheid
  8. Inspireer anderen
  9. Vraag feedback

1.   Onderzoek nieuwsgierig

De wereld rondom ons verandert steeds sneller. De tijd van de homo universalis ligt definitief achter ons. Je kan nu eenmaal niet meer alles weten en kennen. Dat hoeft ook niet. Maar een gezonde dosis nieuwsgierigheid helpt wel.

De mate waarin iemand de nood voelt om achterliggende mechanismen te doorgronden en te begrijpen, ook wel de ‘need for cognition’ genoemd, is cruciaal voor innovatie. (Cha-Huei Wu, 2011) Hoe hoger die is, hoe meer gemotiveerd je zal zijn om kennis te verzamelen en die kennis ook te delen met anderen.

2.   Leer hongerig

Echte innovators hebben een haast onstilbare honger naar kennis. Om out of the box te kunnen denken, moet je immers eerst weten wat er in de box gebeurt: knowledge seeking behaviour heet dat dan. (Y Yan, 2013) 

Bovendien: hoe meer dingen je kent of hoe meer ervaringen je hebt gehad, hoe groter de kans dat je enkele van die aspecten bij elkaar kan brengen om zo iets nieuws te creëren.

Hoe je die kennis opdoet is een heel persoonlijk verhaal: volg je een ‘klassieke’ opleiding, doe je liever aan zelfstudie en haal je je inzichten uit boeken of ga je online of op congressen in dialoog met anderen…? Dat hangt allemaal af van jouw persoonlijke voorkeur. Ieder heeft zijn eigen leerstijl. Het is vooral belangrijk dat je daar bewust bij stil staat: Wat wil ik leren? Van wie? En hoe wil ik die informatie tot mij nemen? Hoe bewuster je dit aanpakt, hoe beter het resultaat zal zijn.

Probeer trouwens ook af en toe buiten jouw eigen expertisedomein te kijken. Vaak vind je ‘over het muurtje’ bij andere bedrijven of in andere sectoren erg inspirerende inzichten.

Quote icoon
Innovatiebonussen hebben een negatief effect op de kwaliteit van innovatie. Wil je meer en beter innoveren? Stop dan onmiddellijk met innovatiebonussen!

3.  Motiveer intrinsiek

De ware innovator is vanuit zichzelf gemotiveerd om een probleem op een volledig nieuwe manier op te lossen. (T Amabile, 1998) Hem of haar hoef je niet te belonen met geld, integendeel. Innovatiebonussen hebben een negatief effect op de kwaliteit van innovatie. Wil je meer en beter innoveren? Stop dan onmiddellijk met innovatiebonussen!

Gezien worden, erkenning krijgen voor het onderzoeken, de inzet, het risico,… zowel bij falen als bij winst, dàt is wat de innovator motiveert. Dus geef ze dat compliment, dat schouderklopje, gun ze dat artikel in de nieuwsbrief. Wees trots op hen. Laat hen schitteren en anderen zullen hun voorbeeld volgen.

En ze zijn er hoor, die intrinsiek gemotiveerden. Vraag maar eens rond binnen je organisatie wie er zin heeft om me te denken over de toekomst van het bedrijf. Veel kans dat je versteld zal staan van de respons. Zo hebben we tijdens een innovatie bootcamp dat we voor het Agentschap innoveren en ondernemen begeleidden wel 1/3 van de organisatie weten mobiliseren. Tijdens de kick off kwam zomaar even 120 man opdagen!

4.  Kweek zelfvertrouwen 

De mate waarin je van jezelf gelooft dat je creatief kunt zijn, je creative self-efficacy, is een volgende cruciale eigenschap voor innovatie. (Bandura, 2003) 

Als je een lage self-efficacy hebt, dan zal je sneller tevreden zijn met een oplossing en dus minder goed presteren. Wanneer je van jezelf denkt dat je het niet kan, zal het ook niet lukken. Terwijl mensen die dat vertrouwen wel hebben, duidelijk betere resultaten halen. Zelfs indien ze verder met gelijke wapens strijden. 

De omgeving kan hier wel een invloed op uitoefenen. Wanneer een manager de lat hoog legt (“ik wil alleen kwaliteit”) en tegelijkertijd expliciet zegt dat hij gelooft dat jij het kan, groeit je zelfvertrouwen en zal je vanzelf grondiger werk leveren. 

5.  Voel empathie 

Innoveren doe je niet voor jezelf, maar voor iemand anders: een gebruiker, een klant of collega’s. Jezelf in de schoenen van die anderen kunnen plaatsen, ook wel perspective-taking genoemd, zorgt ervoor dat jouw innovaties beter afgestemd zullen zijn op hun specifieke noden en wensen. (De Stobbeleir, 2014)

Bovendien is innoveren een ploegsport. Samenwerken met een team in dit onzekere, risicovolle proces vergt een behoorlijke dosis emotionele intelligentie. Enkel indien je op een mature, empathische manier met elkaar en elkaars ideeën om weet te gaan, creëer je de veiligheid die nodig is om werkelijk innovatieve ideeën te durven bedenken.

6.   Zoek nieuwheid op

Mensen houden niet van verandering. Het liefst van al zouden we alles zo veel mogelijk hetzelfde houden. Daar zijn we doorheen de eeuwen ook voor geprogrammeerd. ‘Nieuw’ is nu eenmaal risicovol. Je weet immers niet wat de gevolgen zullen zijn. Dat boezemt ons angst in. 

En toch is de mate waarin je open staat voor nieuwe ervaringen de meest bepalende factor om creatief te zijn. 

De boodschap is dus: probeer die angst te overwinnen. Bewandel eens een pad dat je nog niet kent. En leer door vallen en opstaan. Niet alles zal lukken, dat is logisch. Maar je leert ook uit wat niet werkt en af en toe zal je versteld staan over de nieuw inzichten die je zo op doet. 

Tip: Laat je brein wennen aan al die nieuwigheid. Probeer elke dag minstens 1 ding te doen dat je nog nooit eerder gedaan hebt. Dat mag iets klein zijn. Hoe meer je brein hier aan gewoon geraakt, hoe minder het in paniek zal slaan wanneer het er toe doet.

7.  Omhels onzekerheid

Wij hebben de neiging om terug te grijpen naar wat we al kennen, wat we weten dat werkt en dan (te) snel en kordaat beslissingen te nemen. Dat fenomeen heet ook wel ‘need for closure’ (Kruglanski, 1993) Helaas blijven we daarmee binnen onze bekende patronen en dat staat innovatie in de weg. 

Innoveren is de brug bouwen terwijl je er over loopt. Je moet hier nu eenmaal risico’s durven nemen. Verschillende opties proberen waarvan je vaak te weinig of  zelfs tegenstrijdige informatie hebt en waarvan je niet op voorhand weet of ze zullen werken. En wanneer dat niet zo is, moet je die piste ook net zo makkelijk weer kunnen los laten en een nieuwe proberen.

Je zal dus moeten aanvaarden dat onzekerheid een deel van dit proces zal vormen. In de plaats van zo snel mogelijk zekerheid en vaste grond te zoeken, is het zinvol om juist los te laten en te leren surfen op de golven van deze onzekerheid. Niet gemakkelijk, maar geweldig wanneer het lukt!

8.  Inspireer anderen

Je kan zo veel geniale ideeën bedenken als je wil, zolang je anderen niet overtuigd krijgt van jouw meesterlijk plan, is al die moeite voor niets geweest. De manier waarop je een idee brengt -de verpakking- heeft immers drie keer zoveel impact als de inhoud van het idee zelf. (Antonakis, 2012)

Een succesvolle innovator, weet dus hoe hij zijn ideeën op een overtuigende manier kan brengen. Hij kan een publiek inschatten, de juiste toon hanteren, een sterk verhaal opbouwen en indien nodig met wat humor de spanning doorprikken. Hoe innovatiever een idee, hoe meer weerstand je mag verwachten en hoe belangrijker dit aspect wordt.

9.  Vraag feedback

Eenmaal je als innovator naar buiten komt met je baby, mag je uiteraard feedback verwachten. Meer nog, je gaat best actief op zoek naar die feedback. (De Stobbeleir, 2011) Soms zal die constructief verwoord zijn, maar zeker niet altijd. 

Het gevaar bestaat dat je nu defensief gaat reageren en je kindje probeert te verdedigen. Probeer hier aan te weerstaan en luister. Luister aandachtig. Niet om te reageren, maar om te begrijpen. Wat zeggen ze juist? En hoe komt het dat ze het zo zien? 
Vervolgens laat je de feedback bezinken. En pas enkele dagen later bekijk je het opnieuw en probeer je de feedback te gebruiken om je idee nòg beter te maken.

(Nog) geen geboren innovator?

Elk van deze aspecten heeft minstens voor een deel met aanleg te maken. De één heeft er wat meer van dan de ander. Geboren innovators hebben het geluk dat ze hoog scoren op elk van deze aspecten. Maar dat zijn er niet veel. Voor de meesten van ons is er wel wat werk aan één of meerdere eigenschappen. Gelukkig kan je hier ook op trainen. Het zal wat extra moeite kosten, maar het kan!

 

Wil je jouw innovatief potentieel ontwikkelen?

Bekijk dan zeker ons aanbod aan in-company trainingen!

Naar de trainingen

Interesse? 

Is je innovatieve spier geprikkeld? Wil je weten hoe we jou kunnen helpen?

Contacteer ons